De Berlijnse Muur
Vorige week maandag kwam ik terug van een korte citytrip. Vier dagen zijn we in Berlijn geweest. Voor deze bijzondere stad zelf maar ook voor een concert van P!nk. Ik ben al sinds jaren fan van deze Amerikaanse dame. Niet alleen bewonder ik haar stem maar vooral ook haar sterke persoonlijkheid. Ik hou ervan als mensen geloven in zichzelf en daar volledig voor gaan. In haar teksten heeft ze het vaak over hoe ze allerlei adviezen heeft afgewend waardoor haar echte doorbraak als artiest volgens critici veel langer heeft laten wachten dan nodig. Als ze zich hier en daar een beetje had “verbouwd” zou ze populairder worden en “een beter plaatje zijn” op het podium en in videoclips. Een stukje van de songtekst van “Don’t let me get me”. “LA told me, you’ll be a popstar. All you have to change is everything you are”. Ze heeft zich niet laten beïnvloeden door de grote media-bazen maar dat het haar vroeger ook wel twijfels bracht over haar eigen persoontje is óók uit de tekst van dit lied en vele andere op te maken. “I’m a hazard to myself” is een niet erg positieve zelfreflectie. Ook in interviews steekt ze haar vroegere onzekerheden, “anxiety disorder” en talloze bezoeken aan “therapists” niet onder stoelen of banken. Sterker nog: ze is een fanatieke voorstander om de steeds meer voorkomende psychische problematiek onder jongeren beter bespreekbaar te maken. Iets wat in Nederland ook veel meer in beweging is.
De drie jaar (!) durende “Beautiful Trauma Tour” streek neer op een historische plek: het Olympia Stadion Berlin. We hadden een prachtige zitplaats. Op geringe afstand moet ene Adolf Hitler in 1936 vanuit het bordes met afschuw hebben moeten toezien hoe notabene een “zwarte” atleet, te weten Jesse Owens, de show stal. En dat terwijl de Spelen van Berlijn juist één grote propagandashow voor Nazi Duitsland had moeten zijn. Grappig dat nu, 83 jaar later, het opnieuw Amerikanen waren die voor een onvergetelijk spektakel hebben gezorgd.
Net zoals P!nk heel zelfverzekerd uitstraalt maar intern juist heel veel twijfelt kent, zo ook is Berlijn een stad vol tegenstrijdigheden. De straat van ons hotel kwam uit op de Kurfürstendamm, de PC Hooftstraat van Berlijn, maar onder alle bruggen sliepen wel zwervers. Het monument ter nagedachtenis van de vernietiging van Joden, Roma en Sinti heeft me serieus ontroerd maar ik irriteerde me ook aan de balletje-balletje-bedriegers en de handtekeningen-jeugd die toevallig (?) een zigeunerachtig voorkomen hadden. En ik vond het toch wel een apart gezicht: de Gedächtniskirche met daar vlak naast een enorme reclamezuil van Huawei.
Het meest beroemde object van Berlijn is natuurlijk de Muur. Op verschillende plekken in de stad staan betonnen elementen met óf prachtige graffiti óf met indrukwekkende portretten van omgekomen “vluchtelingen”. Of er zijn markeringen op de plek waar de Muur heeft gestaan. Het heeft me wel verward. Al die monumenten die refereren naar de Tweede Wereld oorlog aan de ene kant. En aan de andere kant de Muur. Maar die was pas in 1961 gebouwd? En was dat om mensen búiten te houden of juist om ze bínnen te houden. Het had wel degelijk iets te maken met WO2, zo leert “professor Google” me. Na de oorlog werd Duitsland verdeeld onder de winnaars Engeland, Frankrijk, de VS en Rusland. Maar ook de hoofdstad Berlijn werd in vieren verdeeld voor de zekerheid. De “winnaars” bleken niet echt eensgezind en al een jaar na de capitulatie van de Nazi’s bleek dat Duitsland niet te handhaven was als één land. Er kwam één politieke partij met stevige invloed vanuit Rusland voor het oostelijk deel. En toen de westelijke zones in 1948 besloten een eigen munt te gaan gebruiken waren de rapen helemaal gaar: Berlijn, dat geheel op oostelijk grondgebied lag, werd geblokkeerd voor het Westen. Een jaar later werd uit de westerse zones de Bondsrepubliek Duitsland gevormd (later West Duitsland genaamd) en als reactie richtten de communisten met Russische hulp de dictatuur DDR op. De grens tussen West en Oost Duitsland was al voor die tijd moeilijk door heen te komen maar deze ontwikkelde zich van eenvoudige barricades tot steeds strenger bewaakte grensovergangen waarbij de plaatselijke bevolking moest kunnen aantonen waar zij woonde en werkte. In het drukbevolkte Berlijn was de grens echter moeilijk te handhaven. Steeds meer inwoners zagen het in de DDR niet meer zitten. Maar liefst 3 miljoen mensen gingen hun heil in het Westen zoeken, waaronder ook hoog opgeleiden en succesvolle ondernemers. Omdat dit serieus invloed zou hebben op de ontwikkeling van de economie besloot het DDR regime in 1961 de gemakkelijkste doortocht te blokkeren en werd in no time een 45 kilometer lange muur tussen de westelijke zones enerzijds en de Russische zone anderzijds – want die bestonden nog steeds – midden door Berlijn opgeworpen. De stadsgrens werd verder met prikkeldraad omheind. Bijna honderdveertig veelal jonge Duitsers werden zonder pardon neergeschoten tijdens hun vluchtpoging.
Je snapt hoe opgetogen de DDR burgers waren toen plotseling hun meest vooraanstaande politicus aan journalisten verklaarde dat zij vanaf “nu”, 28 jaar na de bouw van de Muur, gewoon over mochten steken. En meteen begon men het gehate beton, dat ook symbool van de Koude Oorlog tussen het communisme en het kapitalisme was, af te breken. Op een aantal delen na, die jaarlijks door vele miljoenen “kapitalistische” toeristen bezocht worden.
In 2016 werd tijdens de kerstmarkt bij een groot plein bij de Gedächtniskirche een aanslag gepleegd met een vrachtwagen. Opnieuw is in Berlijn een “muur” opgetrokken. Betonnen blokken en stalen palen moeten een herhaling van het drama, waarbij twaalf mensen omkwamen, helpen voorkomen. Bij het zien van deze zogeheten “truck-blocks” had ik er zo mijn gedachten bij…